Gregor Samsa, die in Kafka’s De Gedaanteverwisseling op een ochtend in een insect is veranderd, vertelt ons een diepere waarheid over familieverhoudingen. Misschien dat de novelle daarom wereldwijd, in verschillende culturen en onder verschillende generaties, zoveel indruk heeft gemaakt.
Hoe Kafka het voor elkaar krijgt om die waarheid over te brengen, zien we als we een van de belangrijkste scenes in het boek nader bekijken; het moment waarop Gregors vader zijn zoon als een indringer begint te beschouwen. Ik gebruik de vertaling van Meijerink en Van Toorn.
En zo liep hij voor zijn vader uit, stond stil wanneer zijn vader stilstond, en begon meteen te rennen zodra zijn vader zich verroerde. Zo maakten ze een paar rondjes door de kamer, zonder dat er iets doorslaggevends gebeurde, en zonder dat ten gevolge van het lage tempo het geheel de indruk maakte van een achtervolging. Daarom ook bleef Gregor voorlopig op de grond, temeer daar hij bang was dat vader een vlucht naar muren of het plafond als een bijzondere kwaadaardigheid zou kunnen beschouwen. Wel moest Gregor zichzelf bekennen dat hij zelfs dit lopen niet lang zou volhouden, want in de tijd waarin zijn vader één stap zette, moest hij een ontelbaar aantal bewegingen uitvoeren. Hij merkte dat hij al buiten adem raakte, zoals hij immers ook in zijn vroegere tijd geen erg betrouwbare longen had gehad.
Het eerste wat opvalt is de toewijding waarmee Gregor aan zijn vader tegemoet probeert te komen. Hij is alert op elke beweging en probeert exact aan zijn wensen te voldoen, bijna als een hond, die gespitst is op de bal in de hand van zijn baas. En dat terwijl het hem bijzonder veel moeite kost – de ontelbare hoeveelheid bewegingen die hij moet uitvoeren – om zich aan zijn vader aan te passen. Zelfs de ontsnappingsmogelijkheid die hij heeft – een vlucht omhoog – grijpt hij niet aan, omdat hij bang is dat zijn vader dit op een verkeerde manier zal interpreteren. Hij weet dat zijn vader kwaad op hem is, en toch is hij bang om hem kwaad te maken. In de laatste zin herinnert Kafka er ons terloops nog even aan (zoals hij vaker gedurende het boek doet) dat dit nog steeds dezelfde Gregor is als altijd, met dezelfde gevoelens en dezelfde kwalen die hij ook als mens had.
De scene gaat zo verder:
Terwijl hij nu maar wat voortsukkelde om al zijn krachten te verzamelen voor de spurt, zijn ogen bijna niet open kon houden; in zijn versuffing geen andere redding kon bedenken dan door te blijven lopen; en bijna al was vergeten dat hij zijn toevlucht kon zoeken op de muren, hoewel die hier allemaal waren versperd door zorgvuldig gebeeldhouwde meubels vol uitsteeksels en pieken – toen viel er naast hem, licht geworpen, iets op de grond en rolde voor hem uit. Het was een appel; meteen vloog er een tweede achteraan; Gregor stond van schrik stil; doorlopen had geen zin, want vader had besloten hem te bombarderen.
Terwijl Gregor eerst nog besluit om geen gebruik te maken van de uitweg die mogelijk is, wéét hij hier zelfs niet meer dat er nog een weg omhoog bestaat, ook al is het een moeilijk pad vol obstakels. De opbouw van deze lange zin maakt de paniek voelbaar, de bijzinnen die elkaar opvolgen weerspiegelen wat zich in Gregors hoofd afspeelt; de komma’s en puntkomma’s zorgen ervoor dat ook de tekst als het ware buiten adem raakt. De bijzondere interpunctie is door de vertalers heel zorgvuldig en mooi overgebracht, in het originele Duits is ook die opgejaagde opeenstapeling van bijzinnen te vinden:
Als er nun so dahintorkelte, um alle Kräfte für den Lauf zu sammeln, kaum die Augen offenhielt; in seiner Stumpfheit an eine andere Rettung als durch Laufen gar nicht dachte; und fast schon vergessen hatte, daß ihm die Wände freistanden, die hier allerdings mit sorgfältig geschnitzten Möbeln voll Zacken und Spitzen verstellt waren – da flog knapp neben ihm, leicht geschleudert, irgend etwas nieder und rollte vor ihm her.
Als deze beklemmende gebeurtenis plaatsvindt, kennen we Gregor al vrij goed. We weten dat hij plichtsgetrouw is; dat hij zijn vader, moeder en zus onderhield; dat hij zich zorgen maakt over hoe het met hen verder moet nu hij een insect is.
Hoe het verder moet: daarin zit voor mij het meest schrijnende aspect van het verhaal. Terwijl Gregor van nuttig is verworden tot nutteloos, hebben zijn ouders en zus een omgekeerde weg afgelegd. Het gaat prima zonder hem, ze zijn uit de lethargie van het verzorgd worden getrokken. En dan wordt Gregor gebombardeerd door zijn vader.
Nu ik De Gedaanteverwisseling meerdere keren heb herlezen, zie ik deze interpretatie op elke bladzijde doorklinken. De man die zich vergeefs wegcijfert voor zijn naasten is degene die ik steeds weer zie, als het insect in zijn kamer rondkrabbelt. De tekst is zo rijk dat er veel meer in te zien is; toen ik het voor het eerst las, had ik het gevoel dat het vooral over eenzaamheid en onbegrip ging. Nu zit de angel voor mij vooral in de nutteloosheid van heel Gregors dienende bestaan.
Hij is een herkenbare figuur, iedereen kent wel zulke mensen, die altijd maar voor anderen leven. Ze vallen niet op – tenzij ze een gedaanteverwisseling ondergaan. De symboliek van Kafka maakt het onzichtbare zichtbaar.