De meerstemmige roman is de meest sublieme literaire vorm als het om perspectief gaat. De lezer wordt meegesleept in verschillende gedachtenwerelden en leeft in verschillende versies van de werkelijkheid; een ervaring die binnen geen enkele andere kunstvorm haalbaar is. De Schotse Ali Smith is een meester in deze vorm. In The Accidental neemt ze ons mee op de treurige vakantie van een gezin.
De eerste die aan het woord komt is dochter Astrid, een meisje nog:
Her hand is asleep. It is still hooked through the handstrap of the camera. She unhooks it and shakes it to get the blood back into it.
She puts her feet on top of her trainers and slides them across the substandard carpet. It has had the bare naked feet of who knows how many hundreds of dead or old people on it.
When she looks in the mirror above the sink she sees the imprint of her own thumb below her cheekbone where she slept on her hand ! ! She is like the kind of pottery things her mother buys that have been made by real people (not factories), actual artisans working in hot countries who leave the actual marks of their hands in it as their signature i.e. she has signed herself in her sleep!
Die paar zinnen leren ons meteen zoveel: over het vakantiehuisje (waarschijnlijk muf en vervallen, gezien Astrids gedachten over honderden naakte voeten van dode of oude mensen), over het gezin (waarschijnlijk intellectueel en politiek correct, gezien de voorkeur voor handgemaakt servies boven fabriekswerk), en over Astrid zelf (slim voor haar leeftijd, gezien haar woordgebruik en associatievermogen; in ieder geval geobsedeerd door haar camera).
Prachtig vind ik die twee uitroeptekens, als Astrid haar duimafdruk in haar gezicht in de spiegel ziet. Wat een mooie manier om de fascinaties en denktrant van dit meisje weer te geven. We leven dan ook helemaal met haar mee als ze vervolgens bij haar moeder aankomt en dit gebeurt:
When I woke up I had like a thumbprint here where I slept on my thumb, Astrid says. It was amazing.
Mm, her mother says not looking at Astrid, who has her thumb on the place in her face where the imprint was.
Like the blue pottery at home, Astrid says. You know how it’s got the thumbprint in it from the artist who made it.
Her mother doesn’t say anything. The bird is still singing, the same three notes over and over.
De poging van Astrid om contact te maken met haar moeder, en het grandioze falen van die poging, is hartverscheurend. Je krijgt hier, meer nog dan in de fragmenten waarin ze op zichzelf is, het gevoel dat ze opgesloten zit in haar eigen denkwereld. Niet per se ongelukkig misschien, maar wel eenzaam.
Als het hierbij zou blijven zou The Accidental al een heel fraaie roman over falend ouderschap zijn, maar we zouden als lezer niet verder komen dan ‘arm meisje, stomme moeder’. Enkele hoofdstukken later kijken we echter mee met Eve, die natuurlijk veel meer is dan alleen ‘de moeder van’. Ze heeft succes met haar boeken, waarin ze in interviewvorm overledenen portretteert, en gebruikt deze zomer om aan een nieuw boek te werken.
How and where was the book? Please don’t ask this.
Wasn’t she working on it? Every night at six she came out of the shed, went back into the main house and changed, and ate as if a day’s work had been done and everybody’s summer wasn’t being wasted in a Norfolk hell-hole. Today Astrid had come over the grass rather than up the gravel so Eve hadn’t heard her, had only just seen the shadow cross the window and only just managed to get up off the floor and on the old chair at the desk to make a noise at the keyboards of the off laptop. After Astrid had gone Eve stared at the blank screen. Calm. Measured.
Was Eve Smart a fraud? She had lain back down on the dirty floor after Astrid had gone.
In de eerste plaats is het geweldig om te zien hoe de gekozen vorm en het karakter samenvallen. Hier is een vrouw die vastzit in haar werk en genadeloos zichzelf onder de loep neemt, in de vórm van dat werk. Ze is ziek van die vraag-antwoordconstructie, maar ze komt er niet los van. De druk is te groot. Schaamt ze zich, als ze zich gedwongen voelt om toneel te spelen voor haar dochtertje? Of is ze te depressief om nog schaamte te voelen? We weten het niet precies, maar we voelen wel dat in ‘She had lain back down on the dirty floor after Astrid had gone’ een diep, wanhopig verdriet schuilt. Uit eerdere hoofdstukken weten we inmiddels ook dat haar seksverslaafde echtgenoot Michael zich meer bezighoudt met zijn studentes dan met haar, en dat haar zoon Magnus zorgelijk pubergedrag vertoont. Nu we met Eve hebben meegekeken, is het al een stuk moeilijker om haar scherp te veroordelen als ze even geen aandacht heeft voor haar dochter, die een vaag verhaal ophangt over een duimafdruk in haar gezicht.
De tragiek van het niet met elkaar praten, niet naar elkaar luisteren, niet weten wat er omgaat in die mensen met wie je een huis deelt, is natuurlijk de tragiek van veel gezinnen. Hoe gebeurt immers maar al te vaak dat families uit elkaar vallen, niet uit haat of desinteresse, maar uit onbegrip, het onvermogen om de blik van de ander aan te nemen. The Accidental is pijnlijk herkenbaar.
Het scherpst komt dit onvermogen om te weten wat er bij de ander speelt naar voren bij Magnus, die een kwellend geheim met zich meedraagt:
There’s his mother. She doesn’t know anything. She is saying something. Magnus nods. He picks up the plate from a place at the table with no one sitting at it. His sister takes the plate from him. She doesn’t know either. She is putting something on the plate out of a dish on the table. It smells of fish in the room. Michael is saying something. He doesn’t know anything. He is pointing at something. Magnus nods. He hopes that this nodding is what they need. He nods several times, as if he is very sure what he is nodding about.
Magnus registreert nauwelijks wat er om hem heen gebeurt. ‘She is saying something’ – prachtig gevonden. Zijn moeder zegt iets, maar voor de getormenteerde Magnus is het alleen maar een golf van geluid. Omdat Magnus een serieus probleem heeft, leven we met hem mee. Tegelijkertijd kunnen we niet laten om te denken: jij weet het ook niet. Je weet niet hoe het is met je moeder, met je vader, met je kleine zusje.
The Accidental is meer dan een familieportret. Met de komst van een buitenstaander doet Ali Smith haar meest verbluffende zet. Het is uiteindelijk dit perspectief dat alle andere percepties op de werkelijkheid doet kantelen. Daarmee zegt Ali Smith iets wezenlijks over onderlinge verhoudingen: deze zijn niet statisch, en zouden dat ook nooit mogen zijn. Niet in de literatuur, en niet in onze gedachten.